Slikken

Afwijkend Mondgedrag

In het hele lichaam is het van belang dat de spieren goed met elkaar samenwerken. Dan verlopen de bewegingen goed en blijven alle delen van het lichaam in de juiste positie. Dat geldt ook voor de mond. Bij alles wat we met onze mond doen, zoals bijvoorbeeld kauwen, slikken en praten zijn veel spieren betrokken. De tong bestaat uit meerdere spieren. Verkeerd gebruik van deze spieren kan de stand van het gebit beïnvloeden. Logopedie is nodig om dit preventief te voorkomen en om terugval van een gereguleerd gebit tegen te gaan.

Open mondgedrag: De lippen zijn dan steeds geopend.                                                                 
De tong ligt slap tegen of op de ondertanden.            
Er kan sprake zijn van mondademing.                                                                                          
De zware slappe tong kan de tanden naar voren duwen, de lippen geven geen tegendruk.

Verkeerde mondgewoonten.                                                                                                                                               
Bij verkeerd slikken wordt de tong krachtig tegen de tanden geduwd.                                          
Het gevolg is dat de tanden weggedrukt worden, naar voor en opzij.
Zo kan een open- en/of overbeet ontstaan; we slikken 2000x per 24 uur!

Duim -en vinger -en speenzuigen.                                                                                                                                    
Het zuigen houdt meestal afwijkende mondgewoonten in stand.                                                              
Tijdens de behandeling zal hiervoor zeker extra aandacht zijn.

Verkeerde spraakgewoonten.
Deze kunnen het gevolg zijn van afwijkende mondgedrag.
Als de tong gewend is om steeds de tanden te raken, in rust en tijdens het slikken, dan kan dat ook gebeuren tijdens het spreken.
Vooral bij het uitspreken van de t, d, l, n, s, z zal de tong naar voren komen.                                              
Soms is dit goed hoorbaar, b.v. bij slissen.

NEUROLOGISCHE SLIKSTOORNISSEN

Slikstoornissen bij volwassenen.

De mond wordt gebruikt om te spreken, maar ook om te eten en te drinken.                          
Slikstoornissen kunnen ontstaan doordat er iets verandert in de mond, de keel of in het strottenhoofd.

Na hersenletsel, bijv. door een beroerte, ongeval of tumor, of een aandoening van het zenuwstelsel, bijv. MS, Parkinson, of A.L.S., kan de aansturing van de spieren een probleem zijn.
Uiteraard zijn er veel meer neurologische stoornissen die een spierzwakte tot gevolg kunnen hebben, die naar voren komt bij het slikken.

Het slikken van eten en drinken  is moeilijk doordat het gevoel achterin de keel verminderd of doordat de coördinatie tussen slikken en afsluiten van de luchtpijp verstoord is.

Door een operatie in het hoofd-halsgebied  kan er plaatselijk iets beschadigd zijn waardoor het slikken belemmerd wordt of minder goed gaat of door radiotherapie (bestraling) wat de spieren over het algemeen stijf en ongevoelig maakt.

Ook stress en angst kunnen leiden tot problemen met het eten en drinken.
Bekend is dat naarmate wij ouder worden , de spieren minder krachtig worden en het hele proces (in dit geval) van kauwen en slikken trager verloopt.

Slikproblemen hebben zowel lichamelijke als sociale gevolgen.
Lichamelijke gevolgen zijn bijv.verslikken, moeite met kauwen, het blijven hangen van voedsel of ongewenst gewichtsverlies.
Sociale gevolgen van slikproblemen zijn bijv.dat het deelnemen aan een diner in een vol restaurant lastig kan zijn en dat het plezier in eten en drinken verdwijnt.

Wat doet de logopedist?

Samen met de K.N.O.arts (en eventueel  de radioloog) wordt de oorzaak van de slikstoornis opgespoord en wordt vastgesteld waar de slikstoornis zich bevindt.Er wordt een behandelplan opgesteld waardoor het risico op verslikken vermindert, het slikken verbetert en men weer plezier krijgt in eten en drinken. Zo worden specifieke spieren getraind of worden compensatietechnieken aangeleerd en  adviezen gegeven met betrekking tot bijv. de houding tijdens de maaltijd, de consistentie van het voedsel en de manier van aanbieden. Indien nodig wordt de familie bij de behandeling betrokken.

De resultaten van de slikbehandeling zijn in grote mate afhankelijk van de ernst en de aard van de stoornis. Soms blijven er beperkingen bestaan,waardoor bijv.een bepaalde voedselbereiding noodzakelijk is of dat bepaalde voedingsmiddelen niet meer geslikt kunnen worden.
De hulp van een dieetiste kan daarbij wenselijk zijn. De nadruk van de logopedische behandeling zal liggen op het zo aangenaam mogelijk maken van de eet- en drinkmomenten.